Hierboven de route zoals we hem uiteindelijk gereden hebben. Op de teller kwamen we net iets boven de 3000 km uit. Dat komt natuurlijk omdat we de heenreis per boot vanuit de Eemshaven gemaakt hebben, dat scheelde behoorlijk. Qua kosten was het iets goedkoper om met de auto te gaan, maar achteraf gezien was de ferry wel zo comfortabel geweest. Helaas was er geen plaats meer op het autodeck, anders hadden we dat zeker gedaan.
Wat vonden we nu zelf van de reis? Heeft het beantwoord aan het doel, het ophalen van herinneringen? Ja, dat heeft het zeker. Nog steeds kunnen we er niet over uit hoe we dat indertijd allemaal gedaan hebben, het waren bepaald geen makkelijke tochten. Met volle bepakking en onder zeer wisselende weersomstandigheden, met alleen kaart en kompas die zware trajecten afleggen, we kunnen het ons nu niet meer voorstellen. We hebben wel met eigen ogen weer een beetje kunnen zien hoe het eruit zag en het was nog net zo mooi.
Thuis had ik een aantal wandelingen uitgezocht op de site van Piet Smulders (pietsmulders.nl, ook een aanrader voor langere wandeltochten in de rest van Europa, en zelfs in Nederland), met het idee daar in elk geval een paar van te lopen. Helaas gooide het weer roet in het eten, en niet zo'n beetje ook. In Jotunheimen, waar je de Bessegen-route tegenwoordig normaal gesproken in file loopt, lag alles stil. In Rondane konden we gelukkig wel een wandeling maken, op de Hardangervidda was het ijskoud (arctisch gebied) met een snijdende wind. Waarschijnlijk hebben we met precies diezelfde kou te maken gehad toen we in 1980 die vlakte doorkruisten. We moesten toen gewoon urenlang rennen, nou ja, heel snel lopen, om niet te bevriezen.
Verder was het erg druk overal. Aan de fjordenkant en over de nationale toeristische routes zoals de Aurlandfjellet en de Sognefjellet extra druk zelfs. Het campergehalte was daar enorm. Op de laatste camping waar we stonden werden we de laatste dagen behalve door landgenoten en Duitsers overspoeld door Noren, Zweden en Denen. De vakanties waren ook in die landen nu duidelijk begonnen. Toch hadden we er weinig last van, we stonden zo dat we alleen op de bergen en het meer uitkeken.
De campings zijn over het algemeen zeer goed geoutilleerd. Het sanitair is zonder uitzondering spic en span, voorzien van wc-papier, handdoekjes en zeep. De douches zijn meestal kleine badkamertjes. Voor kampeerders stond er werkelijk overal een grote, goed ingerichte keuken ter beschikking, met ovens, magnetron, vaatwasser en kleine apparatuur zoals een koffiezetapparaat. Vaak waren er zelfs theedoeken. Met slecht weer heel fijn, maar ook met goed weer werd er flink gebruik van gemaakt. In principe hoef je zelf geen kookspullen mee te nemen.
Aan kinderen werd zeker ook gedacht, op een enkele camping na waren er altijd speeltoestellen en ingebouwde springkussens. De campings zelf waren niet echt goedkoop, het varieerde in prijs van €25 tot €30 (zonder elektriciteit). Alleen in Salhoug betaalden we minder: €17. De hutten daarentegen vielen verhoudingsgewijs dan weer mee: van €50 tot €75, met een enkele uitschieter naar €90. Er was altijd kookgelegenheid en een enkele keer sanitair. Wel eigen slaapzak en kussen meenemen.
We hadden zelf zoveel eten meegebracht dat we alleen voor brood en broodbeleg (en twee keer een blik lapskaus) naar de supermarkt gingen. In totaal hebben we daar iets van €60 aan uitgegeven. De benzine is vrij duur, hoewel het per regio wel scheelt. Wij hebben steeds voor €2,45 per liter kunnen tanken maar we zagen ook prijzen die de €2,80 naderden. Zweden is dan weer veel goedkoper.
In de krant las ik dat er dit jaar een toename van 30% is aan Nederlanders die naar Noorwegen gaan. De nieuwe veerverbinding zal daar zeker aan bijgedragen hebben. Het is dus een illusie dat je in je eentje in dat mooie land zult rondreizen. Maar dat is allang nergens meer zo. Toch hebben wij af en toe het alleen-op-de-wereldgevoel wel gehad, zeker toen we uit de echte toeristische zone (het fjordengebied) kwamen. En het zij natuurlijk iedereen gegund om te genieten van al het natuurschoon dat Noorwegen te bieden heeft.
Het weer is en blijft een onvoorspelbare factor. Wat dat aangaat hebben we gewoon pech gehad. We hebben welgeteld 8 nachten gekampeerd en 7 nachten in een hut geslapen. De laatste nacht in Hamburg hadden we een hotel. Die verhouding had van ons wel wat anders gemogen. Op de laatste camping, met het schitterende uitzicht, was het bijna aldoor te koud om buiten de tent te zitten. Soms konden we wel even in de zon ontbijten, maar 's middags was het al niet meer te doen. Maar je kunt ook meer geluk hebben, met alleen maar zonnig weer en dan wordt het een ander verhaal.
Resumerend: het was een prachtige reis met een hoog nostalgiegehalte. Gaan we nog een keer terug? Nee, dat niet. Eerst staat er nog een reis naar Amerika op de planning, mocht dat om wat voor reden dan ook niet doorgaan rijden we naar Frankrijk/Spanje om ons te laven aan het mediterrane. Dat hebben we wel gemist want veel terrasjes kom je in Noorwegen, behalve ongetwijfeld in de grotere plaatsen, niet tegen. En verder zien we wel wat de tijd ons brengt.
Farvel!